Gezinssamenstelling

Sophie (18 jaar) en Milan (21 jaar)

Situatie

Sophie’s vriendinnen merken dat ze steeds minder vaak wil afspreken na school. Wanneer ze hen ziet, oogt ze gehaast en kijkt ze voortdurend op haar telefoon. In de klas heeft ze moeite zich te concentreren. Ze staart vaker naar buiten en schrikt op als een docent haar naam noemt. Wanneer haar telefoon trilt, kijkt ze er direct naar en verbergt ze haar scherm.

Op school komt ze vaker te laat en mist ze lessen. Wanneer een docent haar hierop aanspreekt, haalt ze haar schouders op en zegt dat ze gewoon moe is. Haar cijfers beginnen te dalen en haar opdrachten ogen gehaast. Tijdens de pauzes zit ze vaker alleen. Haar vriendinnen vragen waarom ze zo stil is, maar ze lacht en zegt dat ze gewoon even nergens zin in heeft.

Op een dag vangt een docent een gesprek tussen Sophie en haar vriendinnen op. “Milan wilde niet dat ik meeging,” hoort hij Sophie zeggen. “Ik moest hem laten zien dat ik thuisbleef. Ik moest beeldbellen, zodat hij kon zien dat ik thuis was. Anders zou hij mij komen ophalen en thuisbrengen. Hij zou echt boos worden als ik wel mee zou gaan.” Haar vriendinnen reageren bezorgd, maar Sophie wuift het weg.

Milan voelt zich steeds onzekerder. Hij ziet hoe andere jongens met Sophie praten en vraagt zich af of ze nog wel genoeg om hem geeft. Hij wil haar beschermen en laten zien dat hij een sterke man is, iemand die controle heeft over zijn relatie. Als Sophie zonder overleg iets afspreekt met haar vriendinnen, voelt hij zich buitengesloten. Hij zegt tegen haar dat een goede vriendin rekening houdt met haar vriend en vraagt waarom ze zo nodig zonder hem weg moet.

Milan voelt zich gesterkt wanneer Sophie haar plannen met vriendinnen afzegt. Voor hem is dit een teken dat ze hem serieus neemt. Toch blijft er een stemmetje in zijn hoofd dat zegt dat hij strenger moet zijn, dat hij haar moet laten zien wie de baas is, voordat ze hem kwijtraakt.

 

Vragen

  • Stap 1. Welke signalen heb je in kaart gebracht?
  • Stap 2. Ga je overleggen met deskundig professional, aandachtsfunctionaris en/of Veilig Thuis?
  • Stap 3. Ga je in gesprek met betrokkene(n)? Zo ja, waarover?
  • Stap 4. Ga je de onveiligheid met het afwegingskader wegen? Zo ja, wat komt uit de weging?
  • Stap 5. Neem je een besluit tot hulp organiseren en melden bij Veilig Thuis? Zo ja, welk besluit?
  • Leg je informatie vast in het dossier?